Dit zijn de meestgestelde vragen over de methodiek:

Klik op de linkjes voor materialen of extra informatie.

Op groeiwijzer vind je alle artikelen.

Wat houdt de methodiek 'de groeiwijzer' precies in?

De methodiek ondersteunt bij het maken van zorgvuldige beslissingen over studieadvies (BSA). Niet op basis van onderbuikgevoel, maar met een gezamenlijke, transparante onderbouwing. 

 

Daarin ligt de focus op de visie 'we leiden ontwikkelingsgericht op'. De methodiek geeft handvatten om objectief te kijken naar studievoortgang (ook leerhouding en soft skills) vanuit deze visie.

 

Alle materialen die je op deze website vindt, horen bij de methodiek en geven antwoord op de vragen:

 

📍Het bsa afgeven op basis van groei, hoe doe je dat?

📍Wanneer zien we wel of geen groei?

📍Hoe neem je leerhouding en soft skills objectief mee in je bsa  beslissing? 

📍 Hoe meet je die groei en hoe blijf je objectief?

📍 Welke interventies zet je in als groei uitblijft?

📍 Hoe voer je studentbesprekingen vanuit de visie op ontwikkelingsgericht opleiden?

 

Wat is ontwikkelingsgericht opleiden?

Ontwikkelingsgericht opleiden betekent dat de nadruk niet ligt op alleen het eindresultaat (cijfers of diploma’s), maar op de weg ernaartoe: de groei die een student doormaakt in kennis, vaardigheden én houding.

 

Waarom is ontwikkelingsgericht opleiden belangrijk?

Omdat leren geen rechte lijn is. Studenten leren in verschillende tempo’s en op verschillende manieren. Door te kijken naar groei en leerhouding krijgen studenten meer eigenaarschap, motivatie en zelfvertrouwen.

 

Hoe verschilt dit van traditioneel opleiden?

Traditioneel opleiden legt de nadruk vaak op toetsen en producten. Ontwikkelingsgericht opleiden kijkt óók naar proces, inzet, reflectie, samenwerking en initiatief. Dit maakt de beoordeling eerlijker en breder.

 

Hoe maak ik groei zichtbaar in de klas?

Door gebruik te maken van:

👉 Succescriteria: criteria waaraan de student kan zien waar hij naartoe groeit.

👉 Rubrics: meetinstrument waarin verschillende niveaus van ontwikkeling zichtbaar zijn. 

👉 Portfolio: verzamelen van bewijsmateriaal om groei aan te tonen (in relatie tot de succescriteria) (artikel)

👉 Spiegelgesprek:  studenten reflecteren op hun leerproces.

 

Hoe voorkom ik subjectiviteit?

Door als team gezamenlijke taal te ontwikkelen:

🔦Gebruik rubrics en observatieformulieren.

🔦 Spreek samen af wat “voldoende inzet” of “eigenaarschap” betekent.

🔦 Bespreek casussen in teamverband, zodat beslissingen gedragen en transparant zijn.

 

Hoe past het BSA (Bindend Studieadvies) hierin?

Een BSA hoeft niet alleen een afwijzing te zijn. Ontwikkelingsgericht opleiden maakt het gesprek eerlijker:

✔️ Is er sprake van voldoende groei of niet?

✔️ Zijn de juiste interventies gedaan en vastgelegd?

✔️ Is de student betrokken geweest in dit proces?

✔️ Zijn ouders bij de eerste signalen betrokken geraakt?

Zo wordt een negatief BSA uitzonderlijk, goed onderbouwd en altijd transparant.

 

Hoe betrek ik ouders in dit proces?

Zie ouders als bondgenoten in de ontwikkeling. Nodig ze uit voor gesprekken, toon succescriteria en laat zien hoe hun kind groeit, ook als er uitdagingen zijn. Dit vergroot vertrouwen en samenwerking.

 

Kost dit docenten niet veel extra tijd?

Nee, mits slim ingericht. Ontwikkelingsgericht opleiden vraagt in het begin investering, maar levert daarna tijd op:

🔸️ Minder ad-hoc gesprekken.

🔸️ Duidelijkere afspraken met studenten.

🔸️ Minder discussie bij studentbesprekingen 

🔸️ Meer motivatie en eigenaarschap bij studenten.

 

Welke hulpmiddelen kan ik inzetten?

🛠 Checklists (bijv. “Maak ik leren zichtbaar?”).

🛠 Feedbacktaalkaarten (voor motiverende feedback).

🛠 Succescriteria persoonlijk leiderschap (beroepshouding)

🛠 Routekaarten en rubrics (voor teamafspraken en beoordelingskaders).

🛠 Beslisboom voor BSA (om tot een onderbouwd besluit te komen).

Allemaal te vinden onder materialen . 

 

Hoe voorkom ik dat succescriteria een afvinklijstje worden?

Door de criteria te formuleren als groeitaal (bijv. “ik laat zien dat ik mijn afspraken nakom). Dit maakt ontwikkeling zichtbaar en motiveert studenten om stappen vooruit te zetten.

 

Wat doe ik als een student veel afwezig is?

Bekijk samen de achterliggende reden (persoonlijk, sociaal, praktisch). Combineer dit met afspraken en interventies. Ontwikkelingsgericht betekent niet dat alles kan, maar wel dat je zorgvuldig onderzoekt wat nodig is. Aanwezigheid an sich is nooit een succescriteria. Wel de manier waarop iemand omgaat met aan- en afwezigheid. (Stelt de student je op de hoogte, communiceert iemand tijdig, haalt de student de gemiste stof in?)

 

Past ontwikkelingsgericht opleiden bij het wettelijk verplichte BSA?

Ja. De wet vraagt om een besluit, maar hoe je studievoortgang definieert mag de opleiding zelf bepalen. Ontwikkelingsgericht opleiden in combinatie met de groeiwijzer geeft je kaders om dat eerlijk, transparant en onderbouwd te doen.

 

Wanneer is een interventie nodig?

Een interventie is nodig als een student herhaaldelijk onvoldoende ontwikkeling laat zien, ondanks normale begeleiding. Bijvoorbeeld: structurele afwezigheid zonder communicatie, geen zichtbare leerhouding. Bespreek met je team welke interventies passen bij welke succescriteria.

 

Hoe voorkom ik dat ik te snel grijp naar een zware interventie (zoals negatief BSA)

Door te werken met een interventieplan in stappen: eerst lichte interventies (extra feedback, leerstrategiegesprek), dan zwaardere (aangepast leertraject). Zo bouw je zorgvuldig op.

 

Hoe leg ik interventies vast?

Gebruik een kort interventieplan: probleem – doel – aanpak – evaluatiemoment. Dit maakt de voortgang transparant voor student, team en eventueel ouders.

 

Wat als interventies niet werken?

Dan bespreek je in teamverband of er zwaardere maatregelen nodig zijn (bijv. Negatief BSA of doorverwijzing). Belangrijk: een negatief besluit kan alleen verantwoord zijn als meerdere interventies aantoonbaar zijn geprobeerd.

 

Staat jouw vraag hier niet tussen?

Schroom niet en vul het formulier in, dan beantwoord ik je vraag.