Wat als jouw student zichzelf overschat?

Als studenten denken dat ze er al zijn…

Waarom zelfoverschatting een kans is binnen ontwikkelingsgericht opleiden

“Maar ik vind zelf dat ik het goed doe.”
Een veelgehoorde uitspraak in beoordelingsgesprekken of reflectieverslagen. Studenten die zichzelf een dikke voldoende geven, terwijl jij als docent of begeleider nog groeipunten ziet. Lastig? Zeker. Maar ook waardevol als je weet wat erachter zit en hoe je ermee omgaat.

De psychologische achtergrond: het Dunning-Kruger-effect

Onderzoek laat zien dat mensen met weinig ervaring of kennis in een bepaald gebied zichzelf vaak overschatten. Dit staat bekend als het Dunning-Kruger-effect. Simpel gezegd: je weet nog niet wat je niet weet. Je denkt: “Ik snap het!”, maar ziet niet wat je nog mist.

In het mbo is dit herkenbaar. Studenten voelen zich al snel klaar voor het beroep. Ze hebben al een bijbaan, krijgen complimenten, of denken dat ze ‘gewoon zichzelf moeten zijn’. Zelfreflectie blijft soms oppervlakkig: “Het ging goed.” En als jij als docent dan wijst op verbetering, kan dat weerstand oproepen: “Hoezo? Ik doe toch alles goed?”

Wat betekent dit voor ontwikkelingsgericht opleiden?

Ontwikkelingsgericht opleiden draait om groei, reflectie en eigenaarschap. Zelfoverschatting lijkt dat soms te belemmeren. Maar het is juist een beginpunt voor ontwikkeling. Een student die zichzelf overschat, heeft vaak wél zelfvertrouwen en dat is waardevol. De kunst is om dat vertrouwen om te buigen naar realistisch zelfinzicht.

 

✅ Wat kun je als docent of begeleider doen?

1. Werk met ontwikkelingsgerichte rubrics
Geef taal aan groei. Wat betekent ‘initiatief nemen’ of ‘samenwerken’ precies? Door concreet gedrag per ontwikkelfase te benoemen, wordt het verschil tussen ‘voldoende’ en ‘groeien’ zichtbaar.


2. Laat studenten eerst zelf evalueren
Laat studenten reflecteren op basis van rubrics of succescriteria. Dat maakt jouw observatie geen ‘mening’, maar onderdeel van een gesprek over ontwikkeling.


3. Gebruik bewijsstukken als gesprekstool
Vraag: “Waar blijkt dit uit?” Of: “Kun je iets laten zien dat dit ondersteunt?” Dat helpt studenten om hun zelfbeeld te onderbouwen én bij te stellen.


4. Stimuleer feedbackvaardigheid
Geef studenten ruimte om feedback te vragen, te verwerken en erop te reflecteren. Bijvoorbeeld met feedbacktaalkaarten of reflectievragen.


5. Normaliseer groeipijn
Zeg: “Het is juist goed dat je jezelf positief beoordeelt, dat laat zien dat je vertrouwen hebt. Tegelijkertijd mag je nog groeien, net als iedereen hier.”

 

Studenten die zichzelf overschatten zijn niet ‘lastig’, ze hebben juist een ingang naar groei. Ze hebben taal, kaders en feedback nodig om hun zelfbeeld aan te scherpen. Ontwikkelingsgericht opleiden helpt daarbij: niet door te beoordelen, maar door te begeleiden in het kijken naar jezelf.

 

✍️ Tip voor jouw lespraktijk:
Laat studenten reflecteren met de vraag:
“Wat zie jij als jouw volgende groeistap en hoe weet je dat?”

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.